Negende reisverslag: Jepara, Semarang, Jakarta, Si

5 november 2011

 

We zijn inmiddels bijna twee weken verder, en ik schrijf dit verslag in het restaurant van ons hotel op het eiland Samosir, aan het Toba meer op Sumatra. Het regent, dus alle tijd om te schrijven over onze avonturen van de afgelopen weken. Na ons verblijf op de mooie Kilimanjawa eilanden, verbleven we nog een aantal nachten in het kleine Jepara  (waar niet veel te beleven valt, tenzij je in ‘’meubels doet’’, want Jepara en directe omgeving is de plek in Java voor de meubelmakerij). We hebben een motor gehuurd en twee dagen rondgereden in de omgeving. De oudste moskee van Java bezocht, of wat daar van over was. Want het was hier, aan de noordkust, dat de islam Java ‘‘veroverde’’.  Ook in Jepara zijn de ruines van een oud V.O.C. fort. Via Semarang, waar we nog eens twee nachten bivakkeerden, dit keer in het luxere Novotel, uiteindelijk naar onze eindbestemming op Java: Jakarta. De treinreis van Semarang naar Jakarta duurde zes uur, met de meest snelle en (relatief) luxe trein. We waren beiden al eerder in Jakarta geweest, dus enigszins voorbereid op de hektiek, maar het blijft verbazen. Het is één grote wirwar van verkeer; brommers wurmen zich overal tussen, van stoplichten trekt niet iedereen zich evenveel aan, en als er geen stoplichten zijn, dan regelt het zich toch op één of andere manier vanzelf, of je staat gewoon stil (je moet in elk geval niet keurig gaan wachten tot er een plekje voor je is, want dan sta je er morgen nog). Jakarta is overvol, druk en smerig, en is voor de meeste toeristen meestal alleen een stopover. Maar het is  ook interessant, en tenslotte hebben we een missie hier: het geboortehuis van Tjeerd bezoeken. Zelf was hij er voor de eerste keer in 1998, maar we wilden het nu graag samen zien. De volgende dag gingen we op pad, met de adres informatie die we van het thuisfront hebben meegekregen. Die blijkt nogal tegenstrijdig te zijn, en uiteindelijk niet te kloppen. Na eerst met de taxi, later met de bejak en tenslotte te voet door de wijk Ketapang te hebben gespeurd naar het huis, geven we het op, en besluiten navraag te doen bij Tjeerd’s familie naar het juiste adres. We gaan vervolgens naar de Sunda Kelapa, de oude haven, waar grote, houten schoeners aangemeerd liggen, die worden in- en uitgeladen voor de handel met de overige eilanden. We worden in het Nederlands aangesproken door een man, die ons een toertje aanbiedt. Hij vertelt ons van alles, neemt ons mee op zo’n schoener, daarna in een klein bootje door de haven (ontzettend smerig water!), een korte wandeling door een kleine kampong, en eindigend bij het plein van het oude centrum van Jakarta (Batavia), waar ook café Batavia is, en het vroegere gouvernementshuis. Café Batavia is zoveel mogelijk in oude stijl gehouden, je waant je in de jaren vijftig. Verder zie je in de omgeving ook nog veel overblijfselen van de Nederlandse tijd, maar de meeste, voormalig statige huizen, zijn halve ruines. Dat was al te zien in Semarang, destijds ook een administratief centrum van het Nederlandse koloniale bewind.’s Middags doen we een tweede poging om Tjeerd’s geboortehuis te vinden, dit keer met nieuwe informatie. Achteraf blijkt de eerste ingeving van Tjeerd te kloppen: jalan Prapatan, en dat is tamelijk dicht bij ons hotel. Het is een leuke en gezellige kleine wijk, en als we bij het juiste huis zijn, herkent Tjeerd het van zijn vorige bezoek. De heer des huizes, dr. Goetram, is niet thuis, hij is aan het werk in de kliniek. Hij was een jaar of acht toen de familie van Dijk het huis aan zijn ouders verkocht, toen zij in 1955 naar Nederland moesten verhuizen. We spreken wel met zijn zoon Budi, die zegt dat we vooral ’s avonds moeten terugkomen om zijn vader te ontmoeten. Dat doen we, en dr. Goethram blijkt een aardige, praatgrage zestiger te zijn, die ons te eten uitnodigt. Zijn familie komt oorspronkelijk van Sumatra, en als hij hoort dat wij daar ook naar toe gaan, zegt hij dat zijn neef ons dan wel van het vliegveld zal ophalen en ons ook verder kan helpen bij wat we op Sumatra willen gaan doen. Heel aardig allemaal. Missie Jakarta geslaagd, stappen we vol verwachting in het vliegtuig voor ons weekje Singapore. And now for something completely different: wat een overgang van Jakarta naar Singapore.  Schoon, netjes, goed georganiseerd. Ons hotelletje is in Little India, een soort klein dorpje te midden van de moderne wolkenkrabbers, met kleine straatjes, veel winkeltjes, restaurantjes, vol kleuren en geuren. Erg leuk als uitvalsbasis, niet ver van het centrum en je bent met de metro zo wie zo in een wip waar je wezen wilt. Ook hier zijn we met een missie: het verlengen van ons visum voor Indonesië met twee maanden. De volgende dag gaan we dan ook eerst naar de ambassade van Indonesië om dat aan te vragen. Dat gaat zonder problemen en vier dagen later kunnen we het ophalen. Dan is het tijd om de stad te gaan verkennen. Je valt van de ene verbazing in de andere: enorme wolkenkrabbers, prachtige shopping malls, boven en onder grond. De ene winkel nog luxer dan de andere, enorme foodcourts. Maar tussendoor ook de kleine straatjes zoals in Little India, en Chinatown, met goedkope producten op kleurige en volle markten. Lekker eten en drinken, en erg vriendelijke en behulpzame mensen overal. Je hoeft maar even stil te staan en op je plattegrondje  te turen, of je wordt al aangesproken of je hulp nodig hebt. We hangen echt de toerist uit in Singapore: bezoeken het Skypark (zie foto; de ‘’boot’’ bovenop drie enorme skyscrapers, waar ook een hotel met groot zwembad is), het eiland Sentosa met al z’n vermaak, waaronder een 3-D film (the extreme log ride), die we zien, en het aquarium compleet met dolfijnen show (enigszins ingekort door de regen, want die hebben we ook hier, met name in de middag). De Botanical Gardens, met z’n prachtige orchideeëntuin, de Singapore Zoo, waar ze het natuurlijke habitat van de dieren zoveel mogelijk hebben getracht na te bootsen, het Jurong Birdpark met mooie shows met roofvogels.  In de Zoo van Singapore kwam Tjeerd zelfs nog een bekende tegen: Matt, een man uit de VS die hij vorig jaar in Kuala Lumpur had ontmoet, en hij bleek ook nog eens om de hoek van ons hotel te zitten. Hoe klein kan de wereld zijn. We wandelen over dé winkelstraat van Singapore, Orchard Road, en stuiten daar op een wedstrijd ‘’auto-vasthouden’’: 350 mensen rond een stuk of 10 auto’s, met ieder hun rechterhand op de auto, precies op een aan elk toegewezen plek. Degene die dit het langst volhoudt (en je mag niet smokkelen, behalve dan dat er om de zoveel tijd vijf minuten pauze wordt ingelast), krijgt die prachtige auto (een Subaru) cadeau. Toen wij langs kwamen stond de teller inmiddels op 58 uur. Het record scheen 81 uur te zijn, en later – toen we weer in de buurt waren – bleek dat de winnaar hier 75 uur had gehaald. Na 7 nachten Singapore waren we wel weer klaar voor de volgende etappe: met ons nieuwe 60-dagen visum arriveerden we gisteren op Sumatra, na een rustige en korte (ruim een uur) vlucht, in nat Medan, waar we na enig speur- en belwerk inderdaad oog in oog stonden met de neef van dr.Goetram, die ons eerst naar ons hotel bracht, en vervolgens naar het reisbureau om de reis naar Danau Toba voor de volgende dag te regelen. Waar we dus gisteren na een tocht van bijna vijf uur met een minibus á raison van zo’n 6 euro, en een korte bootreis, zijn aangekomen.

En zoals de Batak bevolking hier op Samosir eiland zeggen: Horas,

 Tjeerd en Hetty

 

Foto’s

3 Reacties

  1. Jeannearie:
    5 november 2011
    Hoi Tjeerd en Hetty,
    Leuk verhaal en fijn dat je toch nog je geboortehuis hebt gevonden. En dan...Singapore....TOP-STAD he? Wij zijn er in juni j.l een week geweest voor de verlenging van ons visa. We hebben er net zo van genoten als jullie. Zelfde dingen gezien als jullie. Ik (Jeanne) heb ik het bird-park met een hele grote gier op mijn arm gestaan. Geweldig vond ik het. Geniet maar lekker van jullie verdere reis en we wachten het volgende reisverslag alweer af. Salam dan sampai jumpa lagi di Bali. Groetjes Arie en Jeanne
  2. Hans:
    6 november 2011
    Hans en Henny:
    6 november 2011
    Hetty en Tjeerd,
    We hebben weer genoten van jullie reisverslag en mooie foto's. Het is inderdaad een heel verschil Singapore en Indonesie. Hopelijk hebben jullie weer een leuke tijd en we hopen jullie snel weer te spreken.
    Groetjes, H & H
  3. Deborah:
    7 november 2011
    Zo leuk om jullie verhalen te lezen. Ik herken me heel erg in Jakarta, op veel van de plekken geweest waar jullie zijn geweest. Wat een stad is het he, Singapore! Wij hadden er niet veel tijd en waren niet lang daarvoor in Kuala Lumpur dat ook al zo overweldigend groot en luxe was.
    Geniet ervan!